Enerzijds kwam er een vraag vanuit de ambulante drughulpverleningssector. De laatste jaren constateerde men immers een toenemend aantal hulpvragen die verband hielden met cannabis. Anderzijds blijken problematische cannabisgebruikers erg terughoudend te zijn om beroep te doen op de hulpverlening en blijkt er nood aan drempelverlagende initiatieven.

Een 'soft drug' ?

De vroegere scheiding die nogal eens gemaakt werd tussen soft- en harddrugs blijkt in de praktijk niet altijd op te gaan. Cannabis dat in principe eerder een matige kans op afhankelijkheid geeft, kan in realiteit soms toch op een 'harde' manier gebruikt worden. Alcoholgebruik anderzijds, dat aanleiding kan geven tot zeer ernstige lichamelijke verslaving, kan dan weer door een meerderheid van mensen op een 'softe' wijze geconsumeerd worden. 'Soft' blijkt dus niet altijd hetzelfde als 'totaal onschuldig' en 'hard' is ook niet steeds synoniem voor 'gevaarlijk en automatisch verslavend'. Eigenlijk zou het beter zijn om te spreken over 'soft gebruik' en 'hard gebruik'. Opnieuw een pleidooi om niet enkel naar het product op zich te kijken, maar ook rekening te houden met de persoon van de gebruiker en de functie die het gebruik vervult. Verder kan het milieu waarin die gebruiker zich bevindt risicoverhogende, danwel beschermende factoren omvatten.

Hulpverlening

Is er nu reden om cannabis te gaan demoniseren? Volgens ons niet, maar we hoeven ook niet naïef te zijn. Een aantal mensen komt er duidelijk mee in de problemen of maakt er hun problemen erger mee. Waarom er de laatste jaren een toename is in het aantal hulpvragen die verband houden met cannabis is nog niet helemaal duidelijk. Neemt het aantal problematische gebruikers toe omdat er in verhouding ook meer gebruikers zijn ? Zijn er meer problematische gebruikers omdat er meer jongere gebruikers zijn ? Of is er meer aandacht voor de mogelijk verslavende kenmerken van het product ?

Verder blijkt dat problematische cannabisgebruikers (waaronder veel adolescenten) van alle mensen met afhankelijkheidsproblemen het minst geneigd zijn om beroep te doen op drughulpverlening. De meerderheid van jonge problematische gebruikers die wel in contact komt met hulpverlening wordt meestal 'gedwongen' door ouders, school of politie. Uit een onderzoek van Pfeiffer-Gershel & Simon (2007) blijkt anderzijds dat vooral jonge gebruikers, die de eerste problemen beginnen te ervaren, terugschrikken voor hulpverlening. Ze zouden echter gemakkelijker een stap in die richting zetten indien ze wisten dat er een gericht aanbod was voor hun probleem. De klassieke drughulpverlening associëerden ze vooral met 'heroïneverslaving'. Naast het aanbieden van een specifieke aanpak bij cannabisgerelateerde problemen, is er dus ook nood aan drempelverlagende initiatieven.

Drempelverlaging

De Druglijn zette op 'hoeveelisteveel.be' een eerste stap in die richting door het aanbieden van een cannabistest (naast andere tests) en een volledig geautomatiseerd zelfhulpprogramma. Dit zelfhulpprogramma kan deelnemers helpen bij het stoppen of minderen van hun gebruik. Met 'Cannabishulp.be' wordt een volgende stap gezet. Deelnemers zullen online een programma kunnen doorlopen en ondersteund worden door wekelijkse gesprekken met een professionele hulpverlener, via chat.

Zoals bij alcoholhulp zal het programma gratis en anoniem toegankelijk zijn in heel Vlaanderen. De initiatiefnemers zijn opnieuw CAD-Limburg en Drughulp Kempen, met steun van de federale overheid. Er zal ook samengewerkt worden met VAD (Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen), initiatiefnemers van De Druglijn.